Chesapeake Bay
wpe6.jpg (4245 bytes)
       wpeD.jpg (2160 bytes)

Via route 40 naar Maryland en, zodra dat kan, weer de romantische route, dit keer naar het zuiden langs mijn favoriete Chesapeake Bay. We moeten dan natuurlijk het Chesapeak - Delaware kanaal weer over en, het wordt saai, maar het is wederom indrukwekkend. Dit keer niet zo hoog als die aan de oostkant van het kanaal, maar het is indrukwekkend te zien hoe het de omgeving beheerst. Zodra ik erover breng zwiep ik de Sebring de weg af Chesapeake City in. Chesapeak City & brugDe stad ligt direct onder de brug aan het kanaal en heeft houten huizen in allerlei kleuren, die fantastisch onderhouden zijn. Het is te zien, aan alle souvenirwinkels dat het hier gedurende het hoogseizoen heel druk zal zijn met toeristen, maar wij lopen door een zonnig, rustig dorp. We komen één dame tegen met een schortje voor en vragen wanneer we koffie kunnen drinken in de prachtig onderhouden herberg aan het water, waarvan ik gelezen heb dat ze de beste crab cakes serveren aan deze kant van de Chesapeake Bay. We   kunnen niet eerder dan half twaalf terecht dus vervolgen onze tocht, maar beloven dat we terugkomen. Klik bovenstaande foto en de gehele geschiedenis van het kanaal wordt verteld.

Wat een geluk dat er hier nog geen toeristen zijn, want het is alsof je door een openlucht museum gaat, waar zelfs de vogelhuisjes (zie foto onder links) in prachtige staat zijn.

Huis en Vogelhuisje

De weg leidt naar het museum, dat naast de watermolen is gebouwd die het niveau van het kanaal in de 19e eeuw moest regelen. Nu is het US Army Corps of Engineers verantwoordelijk voor het onderhoud van het 14 mijl lange, 90 meter brede en 10 meter diepe kanaal. Via een computer kunnen we zien dat er zich op het moment helaas geen zeeschip in bevindt. Het was overigens een Nederlander, mijnheer Augustine Herman, een kaartenmaker uit de 17e eeuw die als eerste het idee kreeg dit kanaal aan te leggen. Het kanaal zou de waterweg tussen Philadelphia en Baltimore met 300 mijl verminderen. Begin 19e eeuw waren er pas genoeg investeerders gevonden om zijn plannen ten uitvoer te brengen. 2600 man zijn gedurende jaren bezig geweest om met houweel en schep, voor 75 cent per dag, de sleuf te creëren die het kanaal moest worden. In 1829 was Herman's idee eindelijk werkelijkheid.

Om halftwaalf precies staan we weer voor de deur van de herberg en worden het, geheel in de stijl van de 19e eeuw onderhouden gebouw door, in de puntjes geklede, bediening binnen geleid. Gezeten op het overdekte terras hebben we, met een fantastisch uitzicht over het kanaal, inderdaad de meest verrukkelijk crabcakes gegeten. Dit is geen zoetigheid, wat het woord 'cake' in lijkt te houden, maar een bolletje van stukjes crab, broodkruim, eieren en kruiden. In dit geval ook nog eens geserveerd met lekkere aardappelen en boontjes. Dus onze warme maaltijd voor de dag hadden we binnen.

Kent County and Chesapeake BayOp dit kaartje valt het Delmarva Peninsula goed te zien en ook het gebied van Chesapeake city en Chestertown. Erop klikken en dan valt te ontdekken om wat voor watergebied het hier gaat. We gaan met volle maag op pad naar Chestertown, de hoofdstad van Maryland's oudste County, Kent, gesticht in 1706 en een belangrijke haven gedurende de tijd dat Maryland één van Engeland's kolonies vormde op de oostkust van Noord Amerika. Wederom een plek rijk aan historie waar het oude centrum bestaat uit mansions van rijke handelaren en Victoriaanse gouverneurs. Het centrum heeft in de hoofdstraat ook behoorlijk wat winkels dus voor het eerst begeven we ons tussen de mensen. Aan de waterkant is weer alles rustig en kunnen we, gezeten op een bankje, bedenken hoe ook hier, net als in Boston, ooit de thee overboord gegooid werd nadat Engeland haar Amerikaanse kolonies belastingen had opgelegd. Het wordt hier nog elk jaar in mei met een heuse Tea Party gevierd.

Op een bankje aan het water

Weer verder door de zeeaquarel die "Maryland's Eastern Shore" heet en die een genot is voor het oog. Een rollend landschap met rijke velden en smetteloze erven rond statige boerderijen met één of meerdere graansilo's die daarboven uit torenen. In de tuinen eromheen wordt niet getuinierd met bloembollen en struikjes maar met bomen en bosschages wordt landschap's architectuur uitgeoefend. Enorme buxus bollen zijn favoriet, naast paarse rododendrons, fel gele brem en ook de prunus staat overal in bloei. Parken met fruitbomen waarvan de bloemen variëren van wit naar fel roze vormen vaak de entree voor schitterende bungalow gebieden. De kleuren waarin de houten huizen geverfd zijn, zeegroen en azuurblauw, afgewisseld met zachtgeel blijven onze bewondering opwekken. En overal water, water en nog eens water.

State OakMaar ook Amerika's grootste boom in Wye Mills. Een vierhonderdvijftig jaar oude eik, waarvan ik, als we er met de Sebring onder staan, me probeer voor te stellen wat de boom allemaal heeft gezien. Indianen die er genoten van een overvloed aan voedsel. Vis het hele jaar door. Ze  maakten ook al crabcakes en waren gek op de "softshell crab". Dat is de krab op het moment dat zij haar schild af heeft geschud en zo in haar geheel gegeten kan worden. (dat seizoen is nu nog niet aangebroken). Daarnaast ook immens veel herten en in het najaar  ganzen, die bij duizenden kwamen overwinteren vanuit Canada. Ze rookten er hun tabak nog zonder de withuiden.

De tabak die hun ondergang werd. Want de kolonisten ontdekten dat dit het "goud" van deze streek was. Zij brandden er hele bossen voor af om maar zo veel mogelijk te verbouwen, om zo veel mogelijk te kunnen verkopen in het "moederland". De Indianen trokken weg omdat er voor hen gewoon geen plek meer was om te leven, of werden afgemaakt.

De "State Oak", zoals deze boom nu heet, zag het allemaal.  De onafhankelijkheidsoorlog met George Washington aan het hoofd tegen Engeland, de strijd tussen Noord en Zuid en tussen Katholiek en Protestant, want ook dat ging hier gewoon door. Maryland moest een Katholieke staat zijn, genoemd naar Queen "Bloody" Mary die in Engeland honderden protestanten liet verbranden. Virginia, genoemd naar Queen Elisabeth I (de Virgin Queen), een protestante staat. Elizabeth; The Virgin Queen
De Quakers hebben hier een belangrijke rol gespeeld. Zij waren de eersten die vonden dat slavernij onmenselijk was en vormden Delaware's Underground Railway, waarlangs weggelopen slaven naar Pennsylvania probeerden te ontsnappen. De man die door de zwarten "onze Mozes" werd genoemd, Thomas Garrett, rechts, hielp meer dan 2000 slaven op hun weg naar vrijheid. Hij werd zo zwaar bestraft voor zijn daden, dat hij al zijn bezittingen verloor. George Fox begon de Qaukaerbeweging tijdens het koningschap van de Virgin Queen in Engeland. Thomas Garret

De vermoeide takken van de State Oak worden lieflijk omhoog gehouden door moderne kabels. Wie zou er nu niet moe worden van zoveel verdriet rondom je stam. Hopelijk kan hij nog genieten van het natuurlijke schoon om hem heen.

Na deze contemplatie rijden we in één keer door naar Easton, gelegen aan het eind van de Avon River, een zijarm van de Choptank. De rivier, die in mijn gids van deze reis - het al zo vaak genoemde boek van Michener - een hoofdrol speelt. We dumpen onze koffers in een motel en gaan op weg naar wat de zonsondergang van ons leven moet worden. Zo wordt dit fenomeen, dat plaats vindt op het puntje van Tilghman Islande en dat Blackwalnut Point heet, namelijk beschreven. We rijden over een weg, waarvan mijn moeder constateert, dat er geen enkele verlichting is. Boerderijen en huizen hebben de paaltjes bij hun ingangen voorzien van reflectoren om toch in staat te zijn die te vinden in het donker. We passeren na Broad Creek Miles River en komen via een klein bruggetje op Tilghman Island. We zien Harris Creek links van ons en de Chesapeake rechts en dan verandert het asfalt in een schelpenpad. Moeders vraagt zich af of dit nou wel verstandig is, rijden op zo'n pad. Zij is ook degene geweest die me geleerd heeft dat als je ergens aan begint dat af moet maken, dus hobbel ik met 168 paardenkrachten verder over een al smaller en al vochtiger wordend pad en ben verbijsterd dat ik omgeven door zo veel water kan rijden.

En dan ineens zien we aan het eind van het pad, waar ook de Choptank zichtbaar wordt, Blackwalnut Inn. Een houten huis waarvan de kleuren volkomen verwaterd zijn. Op het hek hangt een bordje "overnachting alleen na telefonische reservering". Als ik uitstap is de stilte immens. De baai voor me is een spiegelgladde zee die alle kleuren van de, inderdaad spectaculaire, zon aanneemt gedurende haar laatste minuten boven de horizon.

De zonsondergang van je leven!

Stel je voor dat je hier woont, in die herberg! Die immense stilte, de schoonheid. Maar wat als Choptank en Chesapeake elkaar ontmoeten in een strijd met stormen die hier ook fabelachtig moeten zijn? Ik voel me uiterst klein.

Dan klinkt moeder's wijze stem: "We moeten hier weg voordat het donker wordt, want we vinden nooit de weg terug in het donker". OK, lijkt me inderdaad verstandig. De Sebring kan precies gekeerd worden op het schelpenpad zonder dat ik in de waterplassen terecht kom en geheel onder de indruk rijden we terug. We willen in het motel wat sandwiches eten, dus stoppen we bij een supermarkt ergens halverwege Easton. Als ik afreken met m'n visa, dus mijn handtekening moet zetten, hoor ik de oudere, zwarte Amerikaan - die mijn boodschappen keurig in een plastic zakje staat te doen  - tegen de caissière zeggen in een Southern drawl, waarvan ik wou dat ik het opgenomen had; "That's about the fanciest handwrit'n I've ev'r seen". Ik barst in lachen uit. Ik weet het, mijn handtekening is al vele malen becommentarieerd, maar  nog nooit zo bezongen.

Als we buiten komen is het donker. En even later  weet ik weer hoe het is om zonder verlichting langs de weg te rijden. Ik waan me prompt terug in Afrika. Na een kwartier weet ik dat ik verdwaald ben. Geen enkel bord en kan ik me overdag goed oriënteren op de zon, nu heb ik geen enkel oriëntatie punt. Eindelijk leven, winkels, een jongen die naar z'n auto loopt. "Waar ligt Easton? Ik moet op route 50 zijn". Zijn aanwijzingen volgend schiet ik inderdaad even later een vierbaans weg op, dus dat moet de "50" zijn. Het duurt veel en veel te lang en het blijft maar donker, geen enkel lichtje van Easton, met al die verlichte reclame borden langs de weg. Waaronder ook die van ons motel. Ineens weet ik het. Hij heeft me naar het zuiden gestuurd ipv naar het noorden. Shit, hoe kom ik hier af. Heb 's middags gezien dat er af en toe "gaten" in de middenberm zijn, speciaal voor dit soort doeleinden gecreëerd, maar ben er al twee voorbij voordat ik weet hoe ik me door al die voortrazende auto's ertussen moet manoeuvreren. Een schietgebedje en een diepe zucht later rijd ik richting het noorden, zie dan gelukkig na enkele kilometers alle lichten van Easton opdoemen en ben hondsgelukkig als ik het bord van het motel zie.

De zonsondergang was fantastisch, maar de nacht die erop volgde wel heel erg donker.

Morgen de laatste dag

 

terug naar eerste dag
terug naar tweede dag
terug naar Washington Memorials